Dag 43 La Souterraine Bénévent de L'abbaye 21,5km
14 mei 2018 - Bénévent-l'Abbaye, Frankrijk
Voordat ik buiten stap heb ik het gezien, regen. Ik doe mijn poncho aan en weet dan nog niet dat ik deze niet meer uit zal doen. Fris en monter stap ik de ochtend in. Na een uurtje wordt ik achterop gelopen door twee dames uit Mierlo. Zij lopen twee weken en kijken wel hoe ver ze komen. Gisteren kwam ik ze ook al tegen. Ze zijn dit jaar gestart in Crozant. Hun mannen zijn met de camper naar de volgende eindplaats. Een van de vrouwen vertelt dat er nog een vriendin bij had moeten zijn. Zij is echter overleden. Maar ze hebben wel de credential op haar naam dus vragen ook voor haar iedere dag een stempel. Is ze er toch een beetje bij, zegt ze. Ik word natter en natter. Mijn routeboekje heeft al wat waterschade opgelopen dus ik ga mijn telefoon maar wat beter opbergen. Stel dat deze uit gaat vallen. Vandaag weinig foto's. Van de koeien is geen fatsoenlijke foto te maken want die staan vanwege het weer met de kont in de wind. De eerste uren zijn vreselijk. Ik voel me steeds natter worden. Het voordeel is dat dit maar een keer kan. Nat is nat. Het nadeel is dat er nergens een plek is om een pauze te houden. Het restaurantje halverwege is dicht. Vergeten, het is maandag. Ik merk dat ik het lied Ultreia begin te neuriën. Een op de Camino bekend begrip wat zoveel betekent als voorwaarts. Geen gezeik gewoon gaan.
Mij bekruipt de gedachte dat ik nu al wekenlang iedere dag lyrisch ben over uitzichten, landschappen en waterpartijen. Een voorwaarde voor dat alles is natuurlijk water. Water is noodzakelijk om van dit alles te kunnen genieten. Het komt ons welliswaar niet altijd goed uit maar wat moeten we gelukkig zijn dat we water hebben. Áls je water hebt ben je rijk. En ineens vind ik de regen minder erg. Tuurlijk baal ik dat ik nergens kan rusten. Maar dat ligt ook aan maandag in Frankrijk. Ik ben kapot als ik op mijn eindbestemming ben. Weer een prachtig oud huis. Het is er druk. Drie Fransen, twee Amerikanen, twee Nederlanders en een Belg. Iedereen zeiknat binnen dus overal hangen kledingstukken te drogen. Ik ben tot op mijn huid nat. Snel een warme douche en kleren wassen. Even boodschappen doen. Vanavond garnalen met pasta. Als ik met mijn bordje, waar een behoorlijke knoflook lucht vandaan komt, binnenkom vraagt een van de Fransen of ik een chef ben. Kijk zo maak je indruk. Ik een chef ben in een Frans gezelschap. Bij ons thuis wordt iedere dag chefwaardig gekookt. Of in ieder geval bijna iedere dag. En weer denk ik: Lucky me.
Mij bekruipt de gedachte dat ik nu al wekenlang iedere dag lyrisch ben over uitzichten, landschappen en waterpartijen. Een voorwaarde voor dat alles is natuurlijk water. Water is noodzakelijk om van dit alles te kunnen genieten. Het komt ons welliswaar niet altijd goed uit maar wat moeten we gelukkig zijn dat we water hebben. Áls je water hebt ben je rijk. En ineens vind ik de regen minder erg. Tuurlijk baal ik dat ik nergens kan rusten. Maar dat ligt ook aan maandag in Frankrijk. Ik ben kapot als ik op mijn eindbestemming ben. Weer een prachtig oud huis. Het is er druk. Drie Fransen, twee Amerikanen, twee Nederlanders en een Belg. Iedereen zeiknat binnen dus overal hangen kledingstukken te drogen. Ik ben tot op mijn huid nat. Snel een warme douche en kleren wassen. Even boodschappen doen. Vanavond garnalen met pasta. Als ik met mijn bordje, waar een behoorlijke knoflook lucht vandaan komt, binnenkom vraagt een van de Fransen of ik een chef ben. Kijk zo maak je indruk. Ik een chef ben in een Frans gezelschap. Bij ons thuis wordt iedere dag chefwaardig gekookt. Of in ieder geval bijna iedere dag. En weer denk ik: Lucky me.
Gaan:
Wie langzaam gaat, gaat verstandig; wie verstandig gaat, gaat ver.
Broer, Bon camino
hem op groetjes Jan - Ans